donderdag 28 maart 2013

Toekomst

Terwijl ik vanmorgen mijn voeten masseerde met een goedkoop maar grandioos crèmepje van het Kruidvat, bedacht ik dat ik morgen bij dit werkje misschien heel anders naar de toekomst zou kijken.

Het gaat niet goed met De Boekenwurm, wat dat betreft niks nieuws onder de zon. De verkopen nemen af en de stiltes in de winkel worden langer en dieper. Als het zo doorgaat, moet de tent dicht. Wanneer je daarover praat, krijg je veel adviezen: waarom organiseer je geen voorleesmiddagen? Benader scholen, ga samenwerken met de bibliotheek en zo meer. Je wilt mensen niet voor het hoofd stoten, maar je beseft toch hoe treurig het is dat ze blijkbaar niet weten dat je dat allemaal al doet, gedaan hebt en op je lijstje hebt staan.

En daarbij: dat levert niet genoeg op. Wat zeg ik: dat levert vrijwel niets op. Eigenlijk kun je stellen dat wanneer het werk van De Boekenwurm bekostigd moet worden uit de verkoop van boeken er niet genoeg binnenkomt. En de kans dat dat verandert in deze tijden van crises en afnemende kinderaantallen is minimaal. Er moet dus heel anders gedacht gaan worden.

Vanavond heb ik daarom een groep mensen van allerlei pluimage uitgenodigd om mee te denken over De Boekenwurm. Eerst dacht ik nog dat ik als discussiepunt moest aanvoeren of men er belang bij heeft dat De Boekenwurm blijft bestaan, maar dat kan ik overslaan. De gretigheid en de interesse waarmee mensen de uitnodiging aannamen, is meer dan veelzeggend. Vanavond gaan we dus meteen ter zake komen. Hoe is de situatie? Wat moet anders? En wat kunnen we doen om dat te bereiken?

Ik heb een beamer, een scherm, een verbindingskabeltje voor de iPad, een koffiezetapparaat dat ook thee kan maken, wit papier en Post-its, dikke stiften, als we de paaltjes kunnen omzeilen genoeg stoelen voor dertig à veertig mensen en een gespreksleider. Vanavond wordt een belangrijke avond.

Boekbladblog van vandaag

vrijdag 22 maart 2013

Borgen



Lezen en leesplezier is, zelfs in het onderwijs, waar het topprioriteit zou moeten hebben, in de praktijk vaak een ondergeschoven kindje. Wanneer ik dus van de gemeente bericht krijg dat de leesbevordering in Maastricht is geborgd, dan word ik kritisch. Zeker als daarmee bedoeld wordt dat mijn werk overbodig is. Maar voordat ik ga schieten, zoek ik het even op, het woord ‘borgen’.
Via Van Dale en Encyclo.nl oogst ik: ‘beveiligen tegen losgaan’, ‘beschermen tegen verwateren’, ‘maatregelen treffen zodat iets in orde blijft’, ‘uitstel verlenen’ en ‘crediteren, lenen, poffen’. Uit het puzzelwoordenboek: afgrendelen, sluiten, beveiligen, dichtmaken, dichtdoen en klissen. Borgen, borgde, heeft geborgd.

Ik vind nergens een vervoeging met ‘zijn’, er ís dus niks geborgd. Laat staan dat het in orde was. Gelooft u mij, in Maastricht is nog heel erg veel voor verbetering vatbaar, vooral als het gaat om het structureel implanteren van het bevorderen van het leesplezier in het onderwijs. Wanneer hier woorden bij staan die niet helemaal... Enfin, u weet hoe het werkt.

Gistermorgen opende de wethouder de (eerste) bibliotheek op school (dBOS) in Maastricht. Ik werd teleurgesteld. Behalve dat ze promoveerde tot hoogste baas van de bieb en een ballon losliet, bestond haar woordje uit te zeggen dat ze vroeger graag Wipneus en Pim las. Goed, er zat een groep wiebelende kinderen op de grond, iets wat kinderen vaak wordt aangedaan, en er waren nogal wat praatjes waar die getormenteerde billen en benen naar moesten luisteren, dus ik heb mij neergelegd bij alleen maar lollig. En de kinderen hoef je daar ook niet mee lastig te vallen. Gun hen een feestje.

Toch had ik verwacht dat dit, ook door de pers, goed bezochte moment benut zou worden om duidelijk te maken waarom het nodig is dat het lezen bevorderd wordt en hoe ze dat dan willen doen. Ik miste de ouders, ik miste de kinderopvang, de peuterspeelzaal, de wat-heb-je-allemaal-nog-meer-in-een-kindcentrum, kortom: ik miste de volwassenen die overtuigd moeten worden van het belang van lezen. Nog korter om, ik zag veel gemiste kansen.

De bibliotheek zelf was mooi, gezellig, maar klein. 2600 boeken voor 480 kinderen. Opgedeeld in categorieën ben je er als fervent bovenbouwlezer in een paar maanden doorheen en geloof me, op scholen waar lezen structureel gestimuleerd wordt, heb je veel(-)lezers die wel wat lusten. De collectie zat goed in elkaar, maar ik had ook niet anders verwacht, met de begeleiding en de tijd die erin gestopt is. Ik was geroerd door de gedrevenheid van de leerkrachten, de ouders en de bibliotheekmensen die het in elkaar hebben gestoken. Er is een bezoekschema voor de klassen, er zijn vrijwilligers, er is een computersysteem en er is een mooie begincollectie boeken. Het fundament ligt, nu begint het bouwen aan inhoudelijke kennis, het bewerkstelligen van de natuurlijke integratie van het lezen in het schoolsysteem en onderhoud en opbouw van het boekenaanbod. Nu begint de leesbevordering.

Ik hoop dat het hen gaat lukken om deze, helaas wat verstopt gelegen, schoolbibliotheek een bron van leesplezier te maken, waar de leerlingen zich aan zullen laven. Dat wordt de grootste uitdaging, ervoor zorgen dat de boeken daar niet alleen maar de bieb borgen, maar gelezen worden en nog eens en nog eens totdat de vellen erbij hangen. Het kan!

Toch overschreeuwt de gemeente zichzelf met de bewering dat de leesbevordering hier is geborgd door dBOS. Natuurlijk verhoogt dBOS de bereikbaarheid van boeken voor kinderen en kan dat zelfs maximaal maken bij een strategische plaatsing en een optimale inloopmogelijkheid. Echter, totdat lezen en het gebruik van het boekenaanbod zo vanzelfsprekend zijn dat er geen leescoördinatoren en speciale acties nodig zijn, is leesbevordering noodzakelijk. Pas als het zichzelf overbodig maakt, is het klaar.

Zo bekeken is de leesbevordering in Maastricht in elk geval nog lang niet geborgd, of misschien zelfs bedroevend goed geborgd. ’t Is maar hoe je het definieert.