woensdag 9 september 2015

Kinderboekenweek in de Boekenwurm

Kinderboekenweek In de
BOEKENWURM

Mariastraat 11
Maastricht



Woensdag 7 oktober

14.30 u Opening Kinderboekenweek verzorgd door TAALMINNERS
Vos en Haas en Wolf en Hond-workshop voor 5 tot 7 jaar
Raar maar waar -workshop 8 tot 12 jaar.

Start vragenbattle-quiz en als je pech hebt ontploft er iets op het pleintje, of heb je dan net geluk?


 

 

 

Vrijdag 9 oktober

15.30 u Li LEFEBURE over De reis van Raaf en Papegaai (met medewerking van Mad Science)

 Reis om de wereld en kijk je ogen uit.







Dinsdag 13 oktober

15.30 u SYLVIA VAN DE HEEDE
auteur van de Vos en Haas boeken en de boeken over Wolf en Hond

lees je nog niet zo lang? Lees dan Vos en Haas of Hond en Wolf.







Woensdag 14 oktober

14.00 u JAN PAUL SCHUTTEN
Meervoudig Gouden Griffelwinnaar en Ambassadeur van het kinderboek

 Bestaat er iets waar Jan Paul Schutten niets vanaf weet? Vraag het eens.







Donderdag 22 oktober

15.00
Sander Koenen
Journalist en onderzoeker verzamelde de 25 beste vragen van jongens en de 25 beste vragen van meisjes.

prijsuitreiking vragenbattle-quiz waar je de hele kinderboekenweek aan kon meedoen.



vrijdag 28 november 2014

Boekbladblog: Waarom zijn er bibliotheken?

‘Klantvriendelijkheid wordt nog eens de dood van het boek,’ bedacht ik gisteravond. Ik bezocht een voorlichtingsavond van de MTB, een bedrijf dat beschut werk heeft en zoekt voor mensen die niet zo gemakkelijk in een gewone baan kunnen functioneren.
Aardige mannen in pakken betoogden dat zij geen gesubsidieerde hobbyinstelling beheren, maar een serieus bedrijf voeren, dat meedoet op de arbeidsmarkt en dat het moet winnen door te concurreren op prijs en vooral op klantvriendelijkheid. Dus vooral trachten beter en goedkoper te bieden wat gevraagd wordt.

Klantvriendelijkheid heeft namelijk meestal niks te maken met aardig zijn, luisteren en meedenken, maar met leveren wat de klant wenst en het hem zo gemakkelijk mogelijk maken het in zijn bezit te krijgen. In de boekenbranche zou dat betekenen dat je de bestsellers op de tafel legt, waar de mensen ze meteen vinden, e-boeken kunt leveren op een zo eenvoudig mogelijke en voordelige manier en dat de klant boeken via internet kan bestellen en in de kortst mogelijke tijd thuisbezorgd krijgt. Boekhandels en bibliotheken duiken massaal op dat concept en noemen het innovatie. Daarnaast serveren ze koffie, geurtjes en geluid en noemen dat beleving.

Binnen de boekhandelsbranche is er een bedrijf dat prima aan al die eisen voldoet (nou ja, ze serveren geen koffie) en dat iedereen die snel en gemakkelijk een bestseller of een specifieke titel in huis wil halen bedient. Ik zie hen ook nog wel eens een digitale bibliotheekfunctie vervullen. Een kwestie van tijd. Hun naam mag je niet uitspreken, want het schijnt dat boekhandels daardoor omvallen, maar zelfs zonder dat weet iedereen over wie het hier gaat. Dat is knap. Jammer dat zoveel boekhandelaren hun energie verspillen aan boos zijn in plaats van die te steken in waar ze goed in moeten zijn: lezen, op eigen kennis en intuïtie inkopen en op maat adviseren. Met het product de klant verrassen.

Bibliotheken willen het geschreven gedachtegoed meer en meer in bits en bytes verspreiden. Ik vind dat raar. Digitaal kun je thuis regelen, daar heb je de bibliotheek niet voor nodig. Het voordeel van digitalisering is nou juist dat je er het huis niet meer voor uit hoeft en een e-reader vangt bovendien minder stof, dus je wint dubbel tijd want je poetst minder. Een bibliotheek die met digitalisering bezig is zegt in feite: ‘Ik ben overbodig, maar ik weet niet hoe ik moet stoppen.’

Ook in de politiek hoor ik beweren dat de tijd dat bibliotheken het van de uitleen van het papieren boek moet hebben voorbij is. En ook daar is digitalisering het toverwoord. Dat is goedkoper dan boeken die maar staan te wachten tot er iemand voor komt en daarbij nemen ze ruimte in die onderhouden en beheerd moet worden. Duur, duur, duur!

‘Bedenk eens wat je zelf wilt dat een bibliotheek doet,’ hield ik mijn gemeente voor. Welke rol moet een bibliotheek binnen een gemeenschap spelen? Zijn ze een kenniscentrum, een ontmoetingsplek, een verhalenwisselkantoor, een sociale pitstop? Of is het een instituut dat papieren boeken bereikbaar maakt en houdt voor iedereen die ze niet zelf kan of wil aanschaffen, maar wel wil lezen? Een bedrijf dat een verdienmodel voor auteurs heeft, zodat het lezen hun een inkomen bezorgt. Een instelling die lezen ondersteunt, bevordert en verankert? Wat is dat werk je waard? Zijn daar nieuwe wegen voor te bedenken? Dichter bij de lezers, effectiever, breder, laagdrempeliger? Waar geef je subsidie voor?

Op middelbare scholen blijken de eerste kinderen met een computerverslavingsindicatie al binnen te zijn. Leerlingen die uitdrukkelijk niet met laptop of iPad mogen werken en die gebaat zijn bij pen en papier en papieren boeken. Voordat we onszelf met digitale sterren in de ogen onze eigen glazen ingooien is het misschien een idee om preventief het papier te herwaarderen en bibliotheken en boekhandelaren te vragen hun klantvriendelijkheid ondergeschikt te maken aan hun productvriendelijkheid. Het bereikbaar, beschikbaar en zeker ook zichtbaar maken en houden van papieren boeken is hun enige bestaansrecht.

Boekblad 25 november 2014

zaterdag 8 maart 2014

Voorkeurvrouwen

Vanmorgen heb ik ontbeten met Erwin de Bie, hij stond me gisteravond bij thuiskomst al op te wachten bij de ingang van mijn dorp en vanmorgen vond ik hem in de brievenbus, glanzend bedrukt.

Hij rekende me precies voor hoe het zit met die voorkeurstemmen en dat snap ik wel want hij staat op 8 en misschien heb je dan zelfs bij het CDA voorkeurstemmen nodig om in de raad te komen. Ine Weerts nu raadslid, staat op 9, nog een plek lager. Zij is de eerste vrouw op de lijst bij het CDA en wat ik van Ine weet is wat ik gezien heb tijdens de commissievergaderingen inwonerszaken: capabel, betrokken, slim.
Tijdens het debat in Eckelrade moest de wethouder zich verdedigen omdat het CDA haar op een zo lage plaats had gezet. Het lukte hem niet. Er is namelijk geen enkel argument aan te voeren waarom Ine zo laag staat, behalve dat ze vrouw is en dat is een heel slecht argument.

Bij de PGE-M staat Lucia Geurts op 10, misschien staat zij daar omdat ze niet in de raad wil. Ik hoop dat dat niet de reden is want Lucia is ook heel goed. De raad zou er wel bij varen als zij erbij kwam. Ik word altijd blij van haar opmerkingen over de stukken in de vergadering omdat ze ertoe doen en omdat ze kundig zijn. Zij ziet de dingen waar ik overheen kijk.

D'66 heeft een vrouw die er nog niet zolang bij is. Lisanne Brands, werd mijn buurvrouw bij de commissie inwonerszaken en dat beviel goed. Op de een of andere manier weet zij met haar vragen de droog geformuleerde stukken menselijk te maken. Ik houd van mensen met een rustige, weloverwogen discussiestijl.

Dat heeft Marjo Habets niet. Zij staat nu voor SVM op de lijst, plaats 5. Ik weet dat Marjo als een Jack Russel in je enkels kan hangen en net zo lang door argumenteert tot je uitgeteld op de vloer ligt, waarna ze naar je halfdode restant kijkt en met een knik besluit dat je het eindelijk begrepen hebt. Dat gecombineerd met haar angstaanjagend vermogen om hele dossiers bijna letterlijk te onthouden, kan ik me wel verheugen op Marjo in de raad, mits daar een goede voorzitter zit die spreektijd durft te bewaken.

En tenslotte Carrie Martens, het enige andere vrouwelijke raadslid in de de huidige samenstelling. Nummer 2 voor de PVDA en dus komt ze er waarschijnlijk wel in en dat is goed, want Carrie is meer dan ok. Misschien niet de sterkste spreker, maar rechtvaardig, eerlijk en wakker, een luis in de pels van Jo Bisscheroux en trouwens van iedereen die iets in de melk te brokkelen heeft op sociaal gebied.

Ik zou zeggen, doe me een lol, als je nou niet van plan bent om op GroenLinks te stemmen, kies dan één van deze vrouwen. De gemeenteraad, wat zeg ik, de gemeentepolitiek in Eijsden-Margraten, zal er enorm van opknappen.

vrijdag 20 december 2013

Schaamte

(Boekbladblog 20-12-2013)

Vannacht had ik een nachtmerrie. Het enge aan die droom was dat hij echt leek. Er gebeurde niets dat niet zou kunnen, niemand vloog, er waren geen vreemde personages en de tijd klopte ook.

Een vriendelijke klant bracht de vouwfolder over het Boekenwurmblad terug die ze meegenomen had voor haar volwassen zoon, zelf heeft ze al een abonnement. Dat is misschien wel een beetje raar, in het echte leven gooi je dat bij het oud papier en klaar. Maar zij bracht hem dus terug. 'Hij hoeft hem niet', zei ze een beetje beschaamd. 'Hij vindt het zelfs een schande dat je hem durft uit te delen. "Een winkelier die zich laat betalen voor zijn reclamefolder, belachelijk!" zei hij.' 'Maar het is...' wilde ik reageren. 'Ik weet het,' zegt ze, 'ik heb je blad en ik gun je ook die twaalf euro. Ik wil niet dat de winkel verdwijnt en we steunen je graag, mijn man en ik. Maar mijn zoon wilde er niet eens naar kijken, dus hier, geef deze maar aan iemand anders, dit kost immers ook allemaal geld.'

Daarna droomde ik nog wat andere nare dingen waar ik wakker van werd en waarna ik me gelukkig prees dat het een droom was geweest. Pas daarna realiseerde ik me dat dit gesprek ook gedroomd was. Niemand bracht ooit de folder terug. Of ze hem lazen weet ik niet. De meeste zullen hem ongelezen aan de kinderen hebben gegeven om mee te spelen en ach, dan was het een aardige attentie van ons, soit.

'Maar er is al zoveel over kinderboeken op internet' was mijn eerste reactie op het plan van mijn broer. En dat is ook zo. Voor agenda's, recensies, activiteiten en acties hoef je inderdaad geen blad te maken en daarvoor hoef je zeker geen geld te vragen, dat is allemaal gratis en in veelvoud op het net te vinden. 'Maar niet van jou en niet bij elkaar gebracht door jou,' antwoordde mijn broer. En dat is waar, maar maakt dat het ook bijzonder?

Ik wist niet waar ik aan begon, totdat ik begon. Ik merkte dat ik deed waarvan ik vond dat het al veel eerder had moeten gebeuren: ik bouwde een podium. Ik vond een weg om de wereld te laten zien dat kinderboekenschrijvers interessant zijn voor volwassenen, zonder hen in een schattig decor te zetten met lieve kindjes. Dat ze over hun werk en hun ideeën net zo boeiend kunnen vertellen (of niet) als hun collega-schrijvers-voor-volwassenen.

En ik was vrij om mijn onderwerpen te kiezen, los van actualiteit of belangrijkheid, schrijvers te presenteren die in de reguliere media niet aan bod komen omdat er geen duizenden exemplaren van hun boek verkocht zijn, of bekende schrijvers die ik persoonlijk ken weer eens op te zoeken en aan het woord te laten. Al doende merkte ik hoe enorm veel je in ruim twintig jaar opbouwt aan meningen, kennis en 'mensen'.

Een mening vindt men in dit land nog wel acceptabel, maar met kennis moet je oppassen. Zeker als boekhandelaar en heel zeker als kinderboekhandelaar. Ik heb geleerd om mijn kennis door anderen te laten formuleren. Mensen van postuur en statuur, mensen waar tegenop gekeken wordt. Mensen waarvan men zegt, 'ja, ja als die man het zegt, dan is het waar.'

Zo was ik in oktober bij een lezing van Jelle Jolles, hoogleraar aan de VU, over lezen en het brein en ik vroeg hem of ik er verslag van mocht doen in het Boekenwurmblad. Dat mocht niet, waarna ik een lezing volgde waarin mij niks nieuws werd verteld en ik eenzelfde verhaal had kunnen schrijven zonder dat ik daar was geweest. Dat heb ik niet gedaan, ik kon immers nooit bewijzen dat ik het al wist en ik had beloofd geen verslag van de avond te maken. Wel heb ik een toezegging van de heer Jolles voor een interview en dat vind ik interessanter, want dan kunnen we doorpraten en kan hij dieper op de zaken in gaan dan bij een lezing gericht op ouders of leerkrachten.

Daarbij is het een digitaal blad, met digitale mogelijkheden en die benut ik. Die benut ik zo erg dat het Boekenwurmblad niet eens op papier kan. Dat betekent dat ik veel moet reizen, geen probleem, ben ik er ook eens uit, en dat ik heel veel uren monteer. En verdomd dat blijk ik leuk te vinden. Ik ben een beginnend autodidact en ik ken nog lang niet alle mogelijkheden die mijn programma mij biedt, maar dat is juist fijn, want binnen de boekhandel had ik de randen wel zo'n beetje gezien en dat stimuleert niet meer.

'Vergeet mijn boekhandel nou toch eens,' reageerde ik in een van onze berichten op iets dat Herman Verschuren (voormalig hoofdredacteur van Leesgoed) schreef. 'Dat is weliswaar mijn werkplek en mijn eerste contactplaats (met de content en daarom ook heel noodzakelijk), maar als ik alleen boekhandelaar was maakte ik geen Boekenwurmblad.'

Ik hoef mij er niet voor te schamen dat ik twaalf euro vraag voor het Boekenwurmblad. Want daar kwam mijn droom natuurlijk vandaan: het feit dat ik mij schaam om geld te vragen voor iets dat ik maak, iets waar ik mijn tijd, geld, aandacht en liefde in steek. Natuurlijk kan ik het als een hobby beschouwen en iedereen gratis mee laten genieten van mijn pret, maar waarom zou ik dat doen? Ik vind het toch ook heel normaal om musici, schrijvers, illustratoren en ontwerpers voor hun werk te betalen.

woensdag 18 december 2013

2013 was een goed jaar

Boekbladblog 17 december 2013

Misschien zijn de jaren waar je jezelf tegenkomt wel de beste. Dit jaar leerde ik dat ik niet zo lelijk ben als ik altijd dacht, maar ook dat het me niet meer zoveel kan schelen of dat zo is.

Ik schafte het tv-kijken af en ontwikkelde een nieuwe hobby waarvan ik meteen mijn beroep maakte. Ik ontdekte de deprimerende uitwerking van complimenten, de verlammende sneuheid die daaruit voortvloeit en de energie die ik krijg van iets te moeten presteren waar misschien alleen ik en wellicht een klein broertje in gelooft.

Ik heb de neiging te denken dat wat ik kan, gemakkelijk is en waarschijnlijk is het ook heel doorsnee om dat te denken. Misschien dat mensen die echt goed kunnen schrijven dat ook de denken, dat iedereen dat kan. Maar dat is niet zo. Ik las een manuscript van Sjoerd Kuyper en wat ik, los van de inhoud, vooral dacht was: 'Godsamme wat is het lekker om eens een goed manuscript te lezen!' Niet iedereen kan schrijven, echt niet. Schrijven is een zeldzaam talent, de meeste schrijvende mensen kunnen het niet, een kleine groep kan het acceptabel en soms meer dan acceptabel en een minimuizig klein topje is echt goed.

Ik dacht dus dat iedereen wel een boekhandel kan drijven en een boekenmagazine maken, maar dat is niet zo. De meeste mensen kunnen het niet. 2013 heeft mij trots gemaakt op mijzelf. Dat is ook heel moeilijk om op te schrijven, maar ik durf het toch. Ik heb een schuldeloze boekwinkel die dusdanig geliefd is dat mensen openlijk in beweging kwamen om hem te behouden. Los van het feit dat de het bedrijfje niet meer in staat was mij een inkomen te bezorgen, toch een mooie prestatie. En alle beweging is niet voor niks geweest, want de omzet steeg en het scheepje kwam weer los van de bodem.

Maar er werd ook een nieuw schip op de helling gelegd. Een digitaal magazine waaraan ik begon zonder beeld van wat het moest worden, behalve dat ik wilde dat (jeugd)boeken breed belicht worden en dat het voor mensen die met kinderen omgaan, in welke vorm dan ook, een handreiking is om boeken te gebruiken. Het werd uiteindelijk zo digitaal dat het op papier niet eens te verwezenlijken is. Je moet gestoord zijn om het te maken want het is gigantisch arbeidsintensief en gelukkig ben ik dat.

Ik kan het omdat ik het wil, omdat ik het leuk vind en omdat ik het talent heb om het te doen. Natuurlijk ga ik het geen jaren volhouden om voortdurend te werken, hoe boeiend het ook mag zijn en hoezeer ik ook probeer het nuttige met het aangename te verenigen. Ik zal minder uren in de winkel moeten gaan werken om het blad te maken zodat er tijd komt voor iets anders, iets privé, zonder boeken. Het blad moet gemaakt om de winkel te kunnen houden, de één verkoopt er schrijfspullen, poppen of koffie bij, ik maak een blad. En de winkel moet blijven om het blad te voeden, ik wil geen gepen vanachter een bureau, nooit!

Moet het blad vaker verschijnen? Ja, maar dat lukt me niet in mijn eentje. Moet ik een redactie? Ja, maar daarvoor zal het blad iets moeten gaan opleveren en dat is nog niet zo. Moet ik ermee doorgaan? Ja! Er heeft zich immers nog niemand anders gemeld die het ook doet, beter kan en goedkoper is. 2014 ligt open, dus ik vaar door, wijdbeens, achter het roer, met mijn ogen op de sterren.

Bekijk hier de trailer voor het tweede Boekenwurmblad en zie wat je erin gaat aantreffen, even doorklikken :)